Begin met het maken van de bouillon door water op te zetten en hier een bouillonblokje of bouillonpoeder aan toe te voegen. Verwarm de bouillon maar breng niet aan de kook. Zet het vuur zacht.
Schil en snipper de sjalotten en maak de knoflook schoon. Borstel de paddenstoelen en snij in dunne plakjes. Ik hield wat paddenstoelen achter voor de garnering van de risotto met prosecco. Ris de blaadjes van de takjes tijm.
Verhit een flinke klont boter in de pan met dikke bodem en fruit hier de ui in aan. Pers de knoflook uit boven de pan en voeg dan de blaadjes tijm toe.
Voeg de risotto rijst toe aan de pan en schep om. Je ziet op de korrel een licht wit puntje, hoe langer je de rijst meebakt, hoe duidelijker dit puntje zichtbaar wordt. Dit betekent dat de rijstkorrel nu klaar is om het vocht op te gaan nemen.
Doe nu de paddenstoelen bij de rijst en blus direct af met de prosecco. Laat even pruttelen en begin dan met het in de pan scheppen van de bouillon.
Zorg dat de rijst net onder water staat en laat de bouillon aan de kook komen. Roer regelmatig door en voeg steeds weer nieuwe bouillon toe, net zo lang tot dat de rijst beetgaar is en de bouillon grotendeels is opgenomen. Laat de rijst zeker niet te gaar worden!
In de tussentijd bak je de achtergebleven paddenstoelen in een klein steelpannetje met een scheut olie in 5 a 6 minuten gaar.
Voeg dan een scheut (truffel) olie en een klont roomboter aan de rijst toe en roer door. Breng de risotto met prosecco op smaak met peper en zout. Maak af met de paddenstoelen en flink wat Parmezaanse kaas.