In het boek van Susan staan de ingrediënten voor 12 stuks. Ik heb overal 1/3 van genomen, en kwam uiteindelijk uit op 6 kleine muffins.
Verwarm de oven voor op 180 graden.
Meng het speltmeel met het bakpoeder en de suiker. Meng in een maatbeker de gesmolten kokosolie, een ei en de yoghurt tot een glad geheel. Giet dit bij het meel.
Meng goed door, maar niet te lang, er mogen nog klontjes in zitten. Schep nu de havermout erdoor en als laatste – voorzichtig – de bosbessen. Het beslag voor de muffins is nu heel dik. Ik heb even getwijfeld of dat goed was, maar trust me, het komt goed!
Ik doe altijd in de muffinvorm nog muffinspapiertjes, maar je kunt natuurlijk de vorm ook goed invetten. Vul elke vorm nu met wat van het beslag. Susan raadt aan om dit met een ijsbolletjeslepel te doen, dat lijkt me inderdaad handig. Ik deed het met een gewone lepel en drukte daarna het beslag nog wat aan in de vormpjes.
Bak de muffins in 25 minuten goudbruin. Susan schrijft nog: Vers uit de oven zijn ze het allerlekkerst, maar laat ze toch maar eerst een heel klein beetje afkoelen. En dat deed ik natuurlijk braaf!