Voor echt boterzacht draadjesvlees is het belangrijk dat voordat je aan de slag gaat, het vlees op kamertemperatuur is. Haal het dus zeker een uur vooraf uit de koeling.
Snij de riblappen in grove stukken, bestrooi met peper en zout en besmeer met een laag mosterd.
Schil en snipper de ui en snij deze in ringen.
Zet de stoofpan op het vuur en verwarm hier de boter in. Laat de boter bruin worden en braad het vlees dan aan beide kanten bruin, zo'n 3 minuten per kant.
Schep het vlees uit de pan, voeg eventueel nog wat boter toe en fruit de uien hierin aan.
Voeg dan de runder riblappen weer toe en blus af met de rode wijn. Schenk de runderbouillon in de pan en voeg een eetlepel appelstroop toe.
Doe de laurierblaadjes en kruidnagels in de pan en verbrokkel een plak ontbijtkoek bij de bouillon.
Laat het draadjesvlees zo'n 2½ tot 3 uur stoven. Lekker met rode kool stamppot!